Onstaan van Norg

 

Het dorp Norg is een typisch voorbeeld van een Drents brink- of es- dorp. Dit type dorpen is in Nederland ontstaan op de veelal hoger gelegen zandgronden. Norg is gelegen op de noordrand van de Drentse hoogvlakte op ongeveer 12 kilometerten noorden van Assen. Door de relatief hoge ligging was het in de vroege middeleeuwen (de eerste vermelding van Norg word gedateerd zo rond 900) gemakkelijk om veilig en droog te kunnen wonen.  De ligging aan de rand van de hoogvlakte zorgde voor een constante toevoer van water vanaf het Drentse hoogland naar de noordelijke kustgebieden. Dit zorgde ook voor uitermate geschikte (met name genoeg droge) landbouwgronden in de wat lager gelegen delen aan de noordkant en oostkant van het dorp.

Op afbeelding 1 is te zien dat Norg gelegen is op een zandrug, welke geflankeerd wordt door lager gelegen 'dalen.' Deze laagten zijn stroomdalen van waterlopen welke water vanaf de hogere gebieden afvoeren. Al met al waren en zijn de natuurlijke omstandigheden in en om het dorp Norg uitermate geschikt voor het vormen van een nederzetting.

 

Afbeelding 1: Hoogtekaart Noord-Drenthe, te zien is de ligging van Norg aan de uiterste Noordrand van het Drentse hoogland.

(bron:  ArcGis, ESRI international geodata, GIS, Chris Hartman 2014)

 

(Esdorpen/Brinkdorpen

Esdorpen/brinkdorpen zoals Norg hebben veelal de zelfde kenmerken:

De Brinken vormden en vormen doorgaans het middelpunt van de Nederzetting. De brink was de plaats waar het vee verzamelde, de grote bomen die tegenwoordig op de brinken gevonden worden zijn oorspronkelijk aangeplant als bouwmateriaal (hout). Tegenwoordig zijn de 7 brinken die het dorp Norg rijk is eigendom van de Boermarke Langelo-Norg-Oosteinde die ook enkele natuurgebieden, landbouwgronden en een coöperatieve werktuigenuitleen  in eigendom heeft. Ze worden gemeenschappelijk onderhouden door de “Markegenooten van de Coöperatieve landbouwvereniging Langelo-Norg-Oosteinde.”

 

De es was de gemeenschappelijke akker, meestal gelegen op de hoger gelegen delen in de omgeving. Door de voortdurende bemesting en verbetering van deze gronden werd de es vaak nog verder opgehoogd. Tegenwoordig zijn de essen veelal eigendom van landbouwers of in het geval van Norg ook nog voor een deel in handen van de boermarke, die hiermee geheel bij de oorsprong (gemeenschappelijke akker) van de es blijft.

 

De aanwezigheid van een waterloop (beek, rivier of stroompje) is essentieel voor het ontstaan van een nederzetting. In de hoogtekaart bovenaan deze pagina is te zien dat Norg  aan de noordkant van het dorp een 2 tal lagergelegen gebieden heeft. Deze laagten zijn de beekdalen van respectievelijk het oostervoortsche diep en het Groote diep.
Langs de beek liggen weide en hooilanden daar deze gebieden doorgaans te nat waren voor het functioneel gebruiken voor akkerbouw.  De drogere stukken langs de waterlopen werden (en worden) gebruikt voor het weiden van vee en de nattere delen voor het winnen van hooi, om te voorkomen dat vee in de drassige bodem wegzakte.

 

Norg is gelegen op de Drentse hoogvlakte, aan de zuidkant van het dorp neemt de hoogte ten opzichte van zeeniveau nog iets toe wat resulteerde in droge zandruggen die door schraalte van de bodem en tekort aan water begroeid raakten met Heide. Op deze heide werden de schapen van diverse boeren geweid, die vanaf de brink met een gemeenschappelijke herder naar deze gronden werden geleid.

 

Van oudsher - dit is in Norg nog steeds te zien - werden de boerderijen opgezet rondom de brinken de sociale controle en gemeenschapszin werd hiermee versterkt en de onderlinge behulpzaamheid bij moeilijkheden was (en is!) er sterk, Noaberschap (Ned: Nabuurschap) vormt tot op de dag van vandaag en sterke waarde in het dorp Norg.