Aanleiding:

Dit verkennend bodemrapport is een onderdeel van het project “dorpsonderzoek” van de opleiding tot docent aardrijkskunde aan de Noordelijke Hogeschool te Leeuwarden. Hiervoor is het vergaren van informatie in de breedste zin van het woord een noodzaak, met dit rapport wordt inzicht verkregen in de actuele conditie en opbouw van de bodem rond het dorp Norg, in dit verkennend onderzoek is buiten beschouwing gelaten de aanwezigheid van mogelijke biologische of chemische verontreiniging.

Vaststellen locaties:

De boorlocaties zijn vastgesteld aan de hand van bodemgebruik, gekozen is voor een boring in het bos, op een perceel grasland (es) en op een als akkerbouwland in gebruikt zijnde deel van de zelfde es. Uit het vooronderzoek in de bodemkaarten is gebleken dat de bodemopbouw rondom het dorp Norg relatief homogeen is en derhalve kan worden volstaan met een drietal boringen op de genoemde locaties waar verschil in bodemgebruik enig verschil kan laten zien in de bovenste lagen van de bodem.

Naar aanleiding van het verkennend vooronderzoek, uitgevoerd voorafgaande aan het veldwerk, is de overheersende verwachting een homogene zandgrond aan te treffen met artefacten bestaande uit (vuur)steen formaties en veldkeien. Op voorhand kan de aanwezigheid van (rivier)klei worden uitgesloten.

Uitvoering:

In de uitvoering is gekozen om boringen te zetten op de hierboven beschreven locaties, de boringen zijn uitgevoerd met behulp van een edelmanboor (diameter70 millimeter) tot op een diepte van1200 millimeter  beneden het maaiveld(1500mm-MV) 

Gelet op de boorkeuze is gekozen voor een bodembeschrijving en beoordeling per100 mmopgeboord materiaal, de beoordeling en indeling naar materiaalsoort heeft organoleptisch plaatsgevonden op de boorlocatie door tenminste 2 van de daar aanwezige personen en is middels digitale fotocamera vastgelegd.

Op de hier op volgende pagina’s is per boring aangegeven:

A: de exacte locatie

B: Grondsoort/structuur

C: aard van de artefacten en fysische opvallendheden.

Boring 1,  Bosbodem

Exacte locatie: Coördinaten: 53.04.686 N/006.27.950 O

Diepte boring: 1200 mm –mv

Actuele hoogte: 9 meter boven zeeniveau

      Diepte (-MV)                          bodemkleur                           bodemsoort

Het freatisch vlak is in deze boorstaat aangetroffen op een diepte van ten minste 1100 millimeter beneden maaiveld.

Boring 2, es (grasland)

Exacte locatie: Coördinaten: 53.03.675 N/006.28.058 O

Diepte boring: 1200 mm-MV

Actuele hoogte: 13 meter boven zeeniveau

      Diepte (-MV)                         bodemkleur                           bodemsoort

In deze boorstaat is het freatisch vlak niet aangetroffen, aanwezige plantengroei is afhankelijk van hangwater of diepe wortelstelsels.

Boring 3, Es (akkerland)

Exacte locatie: coordinaten: 53.03.592 N/ 006.28.048 O

Diepte boring: 1200 mm -MV

Actuele hoogte: 12 meter boven zeeniveau

      Diepte (-MV)                          bodemkleur                           bodemsoort

In tegenstelling tot boring 1 en 2 zijn bij deze boring een groot aantal artefacten aangetroffen in het boormateriaal, deze artefacten bestaan uit vuursteenfragmenten, veldkeien en kiezels

Gelijk aan boring 2 is in deze boorstaat het freatisch vlak niet aangetroffen, deze zal zich dieper in de ondergrond bevinden, derhalve geld ook op deze locatie dat de aanwezige vegetatie afhankelijk is van hangwater en diepe wortelstelsels.

Conclusie en bevindingen

Aan de hand van de uitgevoerde grondboringen en organoleptische analyse van het opgeboorde materiaal kan worden geconcludeerd dat:

A: In de omgeving van het dorp Norg de bodem bestaat uit een zandpakket welke gelegen is op een leemlaag, deze leemlaag varieert lokaal van een kalkhoudend (wit) type leem tot een ijzerdragend (rood) type leem.

B: De aangetroffen zandlaag  aan de oppervlakte wordt zeer sterk gescheiden van de leempakketten middels een gele zavellaag, op alle geboorde locaties is een podzol en oxidatielaag aangetroffen.

C: In het perceel op de es welke in gebruik is voor akkerbouw en derhalve aan regelmatige grondbewerking onderhevig is zijn veel en diverse artefacten aangetroffen bestaande uit vuursteenfragmenten en afgesleten veldkeien (doorgaans graniet/kwarts/veldspaat), dit is te verklaren door het regelmatig bewerken van de grond waardoor deze artefacten worden opgewerkt naar de bovenste lagen, zowel in het bosperceel als op het grasland worden geen of minder artefacten aangetroffen door afwezigheid van grondbewerking en bewegingen. Deze artefacten variëren van kleine kiezels tot veldkeien van meerdere tientallen centimeters doorsnede.

Getekend 23^e mei 2014,

Ch.A.Hartman, Milieukundige

Bijlagen:  Fotomateriaal veldwerk.

Boring bosbodem / podzolbodem (boring 1)

Boring es / grasland (boring 2)